Dat blijkt uit de International Rent Index van HousingAnywhere. De internationale aanbieder van huurwoningen voor de middellange termijn keek in 28 Europese steden naar de prijzen van ruim 67.000 accommodaties in het eerste kwartaal van dit jaar.
Amsterdam voert de ranglijst aan met een gemiddelde huurprijs van 2275 euro per maand voor een appartement, 1740 euro voor een studio en 963 euro voor een kamer. Bij het prijspeil voor appartementen completeren Rotterdam (gemiddeld 1795 euro) en Den Haag (1790 euro) de top vijf, direct achter Rome en Parijs. Utrecht (1746 euro) volgt na München op de zevende plaats. Nog voor steden als Milaan, Lissabon en Hamburg. Vooral in Rotterdam (plus 15,8 procent) en Den Haag (plus 25,6 procent) zijn de prijzen in vergelijking met een jaar eerder flink opgevoerd.
HousingAnywhere bedient vooral veel studenten en jonge werkenden, in de leeftijd van 18 tot 35 jaar. Kleine meevaller: het overgrote deel van de onderzochte accommodaties was gemeubileerd, de nutsvoorzieningen waren in meer dan de helft (62 procent) van de gevallen in de prijs inbegrepen. In steden als Berlijn, Barcelona en Madrid liggen de gevraagde bedragen echter fors lager.
De Woonbond noemt de uitkomsten ‘schrikbarend’. ,,Dat de huurprijzen hoog waren wisten we al, maar dat we als winnaar, of eigenlijk als verliezer, uit de bus komen is wel treurig nieuws’’, zegt Maarten Wiedemeijer. ,,Dit onderzoek bevestigt dat er excessief hoge huren worden gevraagd in de vrije sector, die moeten aan banden worden gelegd.’’ De Woonbond hoopt dat de wet Betaalbare huur van demissionair minister de Jonge (Wonen) uitkomst biedt en snel door de Tweede Kamer wordt aangenomen.
Ook studenten komen er in Nederland niet goed vanaf. Amsterdam, Utrecht en Den Haag zorgen in deze ‘ranglijst’ voor een volledig Nederlandse top drie. In Utrecht ging de gemiddelde prijs van een kamer van 673 euro naar 850 euro (een stijging van 26,4 procent ten opzichte van begin 2023).