De prijzen van bestaande koopwoningen bereikten in juni 2013 een dieptepunt. Vervolgens was er sprake van een stijgende trend tot augustus 2022. Toen sloeg het om en heel even leken de prijzen in een vrije val, maar de afgelopen twee maanden zijn de prijzen weer gestegen. Vergeleken met het dal in juni 2013 waren de prijzen in juli ruim 88 procent hoger.
De cijfers van het CBS en het Kadaster lopen twee tot drie maanden achter op de marktdata van makelaarsvereniging NVM. De NVM registreert de verkoopprijs op het moment dat verkoper en koper het eens zijn, maar dan duurt het nog weken voordat de financiering rond is en partijen bij de notaris zijn.
De makelaarsclub constateerde in juli ook al een ‘kantelpunt’ op de woningmarkt. Huizen worden weer sneller verkocht en tegen iets hogere prijzen. Door de gestegen lonen en de gedaalde huizenprijzen sinds augustus vorig jaar zijn woningen iets betaalbaarder geworden. Door het tekort aan woningen blijft het gevaar dat huizenprijzen andermaal de lucht inschieten.
De krapte op de huizenmarkt blijkt ook duidelijk uit de aantallen verkochte huizen. Het Kadaster maakte bekend dat het in juli 14.925 woningtransacties registreerde. Dat is ruim negen procent minder dan een jaar eerder. In het eerste zeven maanden zijn 99.862 woningen verkocht, ruim zeven procent minder dan in dezelfde periode van 2022.